Japanese Red Cinema: Koji Wakamatsu & Masao Adachi | Offscreen
JAPANESE RED CINEMA: KOJI WAKAMATSU - Cinematek
Kōji Wakamatsu is een van de bad boys van de Japanse cinema. Zijn soft-erotische pinku-eiga films uit de woelige jaren 60 blijven, meer dan het werk van zijn collega’s, diep verbonden met de sociale en politieke context. CINEMATEK presenteert u een greep films uit de beginjaren van zijn productiehuis Wakamatsu Pro, die 50 jaar na datum nog even inhoudelijk uitdagend als esthetisch baanbrekend blijken.
De eerste film van Wakamatsu die het Westen bereikt, zorgt bij zijn selectie op het filmfestival van Berlijn in 1965 meteen voor een diplomatieke rel. De Japanse overheid is niet gediend met het sombere en rauwe portret van een terneergeslagen en vervreemde Japanse middenklasse in Secrets behind the wall en oefent tevergeefs druk uit om de film van de affiche te halen. Wakamatsu komt versterkt uit de ervaring en richt zijn eigen productiehuis, Wakamatsu Pro, op. Hij begint ook een uiterst vruchtbare samenwerking met scenarist Masao Adachi.
Met Adachi sluipen zowel avant-gardistische elementen als een vorm van surrealisme binnen (Violated angels, Go go second time virgin) en worden linkse militante groeperingen vaak het onderwerp, zoals in Ecstasy of the angels, Season of terror en Sex Jack. Hun eerste samenwerking, The embryo hunts in secret, handelt over een bedrijfsbaas die zijn secretaresse gijzelt om van haar zijn (seks)slaaf te maken. De film wordt in 1967 op ons eigenste EXPRMNTL festival door een deel van het publiek als misogyn verguisd, al heeft Wakamatsu het duidelijk meer over sociale uitbuiting. Niettemin is het voor de toeschouwer soms raden naar de betekenis van bepaalde allegorieën.
Poëzie en symboliek betekenen niet dat Wakamatsu de voeling met het hedendaagse Japan verliest. De onderwerpen komen vaak rechtstreeks uit televisiejournaals en krantenkoppen. Shinjuku mad en Running in madness, dying in love openen met beelden van de gewelddadige rellen tussen linkse universiteitsstudenten en de nationale garde. De zelfmoord van Mishima dient als het vertrekpunt voor The woman who wanted to die.
De revolutie is ook cultureel. De opschudding wordt veroorzaakt door artistieke bewegingen die sterk verankerd zijn in de sociale strijd die nieuwe vormen verkennen en uit de oude cocons barsten. In de filmwereld wordt het rigide systeem van de grote studio’s in vraag gesteld. Er komen alternatieven tot stand en een daarbij behorende nieuwe generatie cineasten. Er ontstaat ruimte voor vrije expressie, zowel in de geëngageerde documentaire als in de erotische cinema in de marge van de nouvelle vague. De combinatie van het gespannen sociale klimaat, dat soms gewelddadige proporties aanneemt, en de vrijheid van experiment voedt een rijke en dynamische filmproductie, sterk beïnvloed door de tijdgeest, en desalniettemin nog steeds pertinent vandaag de dag. Wij verkennen deze context aan de hand van de sleutelfiguur Masao Adachi.
De onafhankelijke Japanse cinema van Wakamatsu en Adachi heeft doorheen de jaren niets van zijn woede of engagement verloren.
United Red Army
Dit opus van meer dan drie uur (met muziek van Jim O’Rourke) reconstrueert de levendige geschiedenis van de Japanse verzetsgroepen uit de jaren ’60 en ’70. Dat betekent opnieuw een stevig staaltje politieke cinema waarin Wakamatsu de beweegredenen van de betrokkenen duidt, zonder te romantiseren of te veroordelen.
Three resurrected Drunkards
Drie jonge Japanners die na school even in de zee zijn gaan zwemmen, ontdekken met geamuseerde verbazing dat hun op het strand achtergelaten kleren ingewisseld zijn door Koreaanse tunieken. Nog maar net getooid in Koreaanse klederdracht, komen ze in een serie onverwachte verwikkelingen terecht zonder dat het trio daar ooit hun goede humeur bij verliest.
The Anabasis of May and Fusako Shigenobu
Fusako Shigenobu verlaat Japan in 1971. Ze was de oprichtster van het Japanse Rode Leger, een extreemlinkse terroristische groepering die de Palestijnse strijd ondersteunde, en leefde 30 jaar lang in Libanon. Ze kreeg er een dochter, May, die in de clandestiniteit werd geboren en er opgroeide.
Death by Hanging
In deze aanklacht op de doodstraf (nog steeds in zwang in Japan) en het Japanse nationalisme dat doordrongen is van racisme tegen minderheden, brengt Nagisa Ôshima met humor en wreedheid de ophanging in beeld van een jongen van Koreaanse origine die schuldig is aan de verkrachting van en de moord op jonge Japanse vrouwen.
School Girl Guerrilla
Drie scholieren smeden een complot. Hun machiavellistische plan ? De einddiploma’s van de hele school stelen om het schoolfeest te saboteren. Ze ontfutselen wapens en uniformen van soldaten door hun charme in te zetten, en gaan tot actie over. Gevolgd door twee individuen die ze tot hun slaven maken, trekken ze zich met hun buit terug in een kamp in de bergen.
Prisoner / Terrorist
Deze compacte en unieke film is een vrije bewerking van een tekst van Auguste Blanqui, en is gebaseerd op zijn eigen belevenissen. M., een fictieve incarnatie van Kôzô Okamoto (lid van het Japanse Rode Leger, betrokken bij de tournee van de Rode Bus en enige overlevende van de zelfmoordoperatie van de luchthaven van Lod in Israël in 1972), valt tijdens zijn opsluiting ten prooi aan opperste verwarring.
A.K.A. Serial Killer
De 19-jarige Norio Nagayama begaat vier schijnbaar zinloze moorden. Adachi maakt een documentair film-essay gebaseerd op de "theorie van het landschap": "Alle landschappen die we zien in leven van alledag, en vooral de mooie landschappen op postkaarten, zijn fundamenteel verbonden met een dominante machtsfiguur (...), het is Japan dat gek en misdadig maakt, het is Japan dat zelf toxisch is."
Go, Go Second Time Virgin
Een gefrustreerde student en een jong meisje dat slachtoffer werd van een groepsverkrachting sluiten vriendschap en beslissen komaf te maken met hun uitzichtloos leven. Een genadeloze bespiegeling over een verdoemde jeugd in een losgeslagen Japan. Wanhoop die gepaard gaat met een buitengewone vormelijke vrijheid.
Running in Madness, Dying in Love
Twee geliefden die een moord hebben gepleegd, zijn op de vlucht in het lumineuze landelijke Japan. Een landschap dat een spiegel lijkt van hun zoektocht naar puurheid en vergiffenis. De kroniek van een zinnelijke passie die door schuld wordt ondermijnd, doortrokken van de even gedesillusioneerde als onstuitbare romantiek van Wakamatsu.
Death by Hanging
In deze aanklacht op de doodstraf (nog steeds in zwang in Japan) en het Japanse nationalisme dat doordrongen is van racisme tegen minderheden, brengt Nagisa Ôshima met humor en wreedheid de ophanging in beeld van een jongen van Koreaanse origine die schuldig is aan de verkrachting van en de moord op jonge Japanse vrouwen.
Violence without a Cause
Drie werkloze en gefrustreerde studenten besluiten hun seksuele impulsen de vrije loop te laten en komen zo terecht in de klauwen van de georganiseerde misdaad. Een bijtende kritiek op de algehele apathie van de Japanse jeugd van de jaren 60.
School Girl Guerrilla
Drie scholieren smeden een complot. Hun machiavellistische plan ? De einddiploma’s van de hele school stelen om het schoolfeest te saboteren. Ze ontfutselen wapens en uniformen van soldaten door hun charme in te zetten, en gaan tot actie over. Gevolgd door twee individuen die ze tot hun slaven maken, trekken ze zich met hun buit terug in een kamp in de bergen.
United Red Army
Dit opus van meer dan drie uur (met muziek van Jim O’Rourke) reconstrueert de levendige geschiedenis van de Japanse verzetsgroepen uit de jaren ’60 en ’70. Dat betekent opnieuw een stevig staaltje politieke cinema waarin Wakamatsu de beweegredenen van de betrokkenen duidt, zonder te romantiseren of te veroordelen.
Naked Bullet
Een yakuzalid deserteert samen met een vrouw. Maar het duo wordt gevat door de bende. Zij wordt verkracht, hij gemarteld. Vijf jaar later lijkt de geschiedenis zich te herhalen, maar de gangster stoot zich geen tweemaal aan dezelfde steen. Klassieker opgebouwd dan de meeste andere films van Wakamatsu uit die periode en meer een yakuza eiga dan een pinku eiga.
Season of Terror
Een student verdacht van radicaal activisme wordt afgeluisterd door de politie die het intieme leven van de jongeman ontdekt, dat vooral uit vleselijke geneugten en leegloperij bestaat. Het klinische portret van een verburgerlijkte militant, door een drieste Wakamatsu die het op de ingedommelde jeugd gemunt heeft.